Ergens hebben we het geluk dat we opgroeien in een democratisch land, omdat we hierdoor meer vrijheid ervaren dan iemand die moet leven in een communistisch land. Vrijheid is als begrip sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog meer en meer populair geworden. De Nederlandse overheid heeft in een boekje met kernwaarden staan: Iedereen in Nederland heeft dezelfde vrijheden. Dat betekent dat ook andere mensen mogen denken, zeggen en doen wat zij willen. Vrijheid geeft aan dat je naar eigen wil mag handelen.
Met de komst van internet werd dit begrip nog verder uitgebreid. Vrijheid betekent nu ook dat je wereldwijd je informatie kunt ophalen. De digitale wereld heeft mogelijk gemaakt dat we over landsgrenzen heen én zonder toestemming, overal mogen rondkijken en informeren.
De vrijheid in Nederland gaat gepaard met regels. Die zijn vastgelegd in een wet. De digitale vrijheid kent ook regels en ook die regels zijn in de Nederlandse wet vastgelegd.
Maar hoe zit het met de bovennatuurlijke wereld? De wereld die we niet kunnen zien, maar die er wel is. Zijn daar regels voor? Of heeft iedereen alle toegang en dus alle vrijheid om hierin te zwemmen, te surfen en informatie op te halen? In welke mate is er ontzag, respect, eerbied en vooral ook nederigheid voor deze wereld?
De vrijheid die "de mens" neemt om rond te snuffelen in de bovennatuurlijke wereld is vooral in de laatste 15 jaar enorm toegenomen. "We" hebben de neiging om ons alle vrijheid toe te eigenen als het om de bovennatuurlijke wereld gaat. Er zijn geen voorgechreven regels of wetten en dus staat het iedereen vrij om te gaan en staan waar ze willen. Hierdoor neemt "de mens" eenzijdig initiatief om in die bovennatuurlijke wereld te duiken en er informatie uit op te halen. Zonder toestemming, zonder overleg. Het is de "wil" van de mens die hierin bepaalt of dit mag of kan. Soms zeggen mensen dat als ze een duik nemen in die wereld, dat ze vooraf vragen om alleen maar "goede geesten" en "Gods liefde". Maar aan wie vraag je dat? Want als je dit aan boze geesten vraagt, dan zullen ze natuurlijk altijd liegen.
Die wereld, de bovennatuurlijke wereld, is net zo levend als wij zelf. Ze hebben hun eigen wetten en regels. Dus wanneer jij daar in gaat vissen, dan pakken zij hun eigen wetboek uit de kast om te kijken wat er tegenover mag staan. De bovennatuurlijke wereld is een bestaande wereld en alles wordt vanuit daar gezien en gehoord wat wij doen. Iemand die zijn "wil" oplegt en in die wereld gaat hengelen die moet ook accepteren dat er een respons komt. En dat vinden "we" vaak lastig. Want als die respons niet aards en liefdevol is, dan worden we bang of boos.
"bezint eer ge begint" is een mooi spreekwoord die hierop van toepassing is.
Het is net als de wind. Je kunt de wind niet zien, maar hij is er wel. De wind kan vriendelijk zijn, maar ook vernietigend. En wat de wind ons ook brengt, we hebben het allemaal te accepteren. Want niemand is in staat om de wind tijdelijk in een kooi te zetten. Zo sterk en machtig is de bovennatuurlijke wereld. Ze hebben hun eigen wet. De enige wet die we kennen is de wet van God. En die stelt: blijf weg van alle vormen van tovenarij, afgoderij, waarzeggerij en spiritisme (=oproepen van geesten).